Diccionario ilustrado latino americano

Geschiedenis van Latijns-Amerika

  • 3000 BCE

    Bloque de Cascajal

    Bloque de Cascajal
    Bloque de Cascajal; het oudste schrift uit de Precolombiaanse tijd.
    Geschat op 3000 jaar oud.
  • Period: 2000 BCE to 250

    Pre-klassieke periode

    De Maya woonden in de vochtige oerwouden van Mexico, Honduras en Guatemala. In deze periode de kleine nederzettingen begonnen te groeien en werden steden.
    Bouwkunde: kleine tempels en chozos
  • 1500 BCE

    Cabeza colosal Olmeca

    Cabeza colosal Olmeca
    Er zijn 17 gevonden. Ze onderscheiden zich door het hoofddeksel en zijn vrijwel allemaal 3 bij 3 meter. De Olmeken bouwden steden rond tempelheuvels, ontwikkelden twaalf verschillende schriften, legden uitgestrekte handelsnetwerken aan, bepaalden de banen van de planeten en gebruikten een kalender van 365 dagen die veel nauwkeuriger was dan kalenders die in die tijd elders werden gebruikt. Politieke conflicten en oorlogen zijn vermoedelijk de reden van het ondergang van de Olmekas.
  • Period: 1500 BCE to 400 BCE

    Olmecas

    Waar: San Lorenzo, La Venta en Tres Zapotes, Laguna de los Cerros.
    De Olmeken hebben de Maya’s sterk beïnvloed op allerlei vlakken, zoals jaden gezichtsmaskers, bouw van kunstmatige bergen (invloed op latere Mayapiramiden of Mayatempels), kalender, mythologie, sjamanistische religie en een priesterhiërarchie. Zij zijn eveneens het eerste Meso-Amerikaanse volk dat een schrijfsysteem hanteert.
  • 750 BCE

    Eerste Maya beschavingen

    Eerste Maya beschavingen
    De Mayacultuur strekte zich uit tot in de Zuid-Mexicaanse staten Chiapas, Tabasco en het schiereiland Yucatan. Ook in het noorden van Centraal-Amerika waren sporen van de Mayabeschaving te vinden. De eerste Maya-steden ontwikkelden zich rond 750 a. C.
  • Period: 750 BCE to 1539

    Mayas

    De maya cultuur (duurt 18 eeuwen)
    Bekent voor: hiërogliefen, hun kunst, architectuur, astronomie, wiskunde...​
    Waar zijn ze bevestigd? zuidoosten van Mexico (Yucatan, Campeche, Tabasco, Quintana Roo) Oost van Chiapas, het grootste deel van Guatemala, in Belize, het westen van Honduras en in El Salvador.
    -Klassenverschillen: koning, ambtenaren, kooplieden en boeren en slaven.
    -Boerensamenleving
    -Polytheïtische samenleving
    -Meso-amerikaanse kalander
    -Betaalmiddel: Cacao
  • 600 BCE

    El mirador de Tikal (600 v.C tot 100 n.C.)

    El mirador de Tikal (600 v.C tot 100 n.C.)
    El Mirador in Tikal, Guatemala is een van de eerste stedelijke bouwwerken van de Maya beschaving. Hier lag ooit een van de grootste Mayasteden uit de geschiedenis, de hoofdstad van een grote Maya gemeenschap waar honderdduizenden mensen leefden. Rondom El Mirador lagen nog tientallen andere Mayasteden waarvan El Mirador de hoofdstad was. De steden waren onderling verbonden door een indrukwekkend infrastructuurnetwerk. 
  • 500 BCE

    Maya kalender

    Maya kalender
    Een van de vele overeenkomstigheden tussen de Olmekas, Maya en Azteken is de kalender met 365 dagen, daarnaast geeft de kalender ook een cyclus van 260 dagen aan, dat zijn de dagen waarop rituelen werden uitgevoerd. Deze cycli draaiden tegelijkertijd waardoor dagen zich pas na 52 jaar weer herhaalden.
  • Period: 250 to 800

    Klassieke periode

    Tijd van grote beschaving. Er ontstond een stadstatencultuur die was gebaseerd op intensieve landbouw.
    In tegenstelling tot de Inca’s en de Azteken hadden de Maya’s niet één gemeenschappelijke koning. Hun rijk bestond uit een reeks min of meer zelfstandige steden die elk hun eigen koning hadden.
  • 500

    Comalcalco (700 v.C. tot 900 n.C)

    Comalcalco (700 v.C. tot 900 n.C)
    Het was een belangrijk commercieel centrum van cacao waarvan het zaad werd beschouwd als valuta in de Maya-cultuur. De handel werd waarschijnlijk beheerst door de koninklijke familie. De prestigieuze goederen werden gebruikt om de loyaliteit van de vazallen en bondgenoten te consolideren. De commerciële routes zorgden ook voor de uitwisseling van mensen en ideeën in heel Meso-Amerika.
  • 600

    Chichén Itza (600-1200 n.C)

    Chichén Itza (600-1200 n.C)
    Het wordt gezien als de voornaamste stad van de Maya beschaving. Om de tempel heen lag een gebied van circa 5 Km² met openbare gebouwen, tempels, sportvelden enzovoort. De Maya sociale organisatie van de Klassieke periode was gebaseerd op het rituele gezag van de koning ipv een centrale controle van voedselhandel en -distributie. Dat bracht alleen maar meer crisis en het werd een regeringsraad gevormd uit de mensen van de elite.
  • Period: 800 to 1532

    Post-klassieke periode

    Begin: De bevolking in het centrale gebied kampt met grote voedseltekorten en migreert daarom naar het noorden en het zuiden. Twee nieuwe steden, Chichén Itzá en Uxmal, beleven hun hoogtepunt.
    Eind: invasie van de Spanjaarden.
  • 900

    Abrupt vertrek Mayas richting bossen en naar het schiereiland Yucatan

    Er zijn 3 hoofdoorzaken van het verval te onderscheiden:
    1) intensivering van de landbouw,
    2) het oorlogsvoering en
    3) het verwerpen van de religieuze ideologie en het koningschap.
    Hun cultuur bloeide opnieuw op in Yucatán, we spreken hier over de Renaissance van de Mayacultuur.
  • 900

    Aztecas

    Aztecas
    Opvallend: Zowel bij de Azteken als bij de Maya’s werden jongens als meisje opgevoed indien er in een gezin veel zonen geboren werden. De vierde zoon werd dan gekleed als meisje en moest zijn leven lang vrouwentaken doen. 
    Een Azteekse vrouw kon een hoge bestuurlijke functie in de regering bekleden. Ook kon ze handel drijven of priesteres worden. Maar een bestaan als krijger was niet voor haar weggelegd
  • 900

    Sociale verdeling Azteken (750 vC 1539 nC)

    Sociale verdeling Azteken (750 vC 1539 nC)
    Keizer: Hij was de hoogste heerser, met zowel militaire als religieuze functies.Hij werd vereerd als een god
    Edel: de enigen die activiteiten gerelateerd aan de overheid, religie of oorlog konden doen
    Handelaren: Naast het vervoeren goederen, ze werkte als spionnen tijdens de oorlogen
    Het gewone volk: konden ook opgeroepen worden voor militaire dienst of deelname aan bouwprojecten. Ze werkten ook op het land
    Slaven: mensen die gevangen genomen waren in een oorlog, krijgsgevangenen of dieven
  • Period: 900 to 1519

    Aztecas

    De Azteken waren een volk wat door middel van veroveringen haar terrein uitbreidde, dit in tegenstelling tot de Maya. Ze bestonden uit bijna 500 steden en dorpen met in totaal ongeveer 15 miljoen mensen.
    Ze hadden niet veel land te cultiveren, gezien de ligging in het Texcocomeer, dus maakten ze zelf eilanden waar ze groenten, kruiden, medicinale planten en bloemen op verbouwden. Deze eilanden heetten chinampas.
    Polytheïtische samenleving met mensen offers
    Betaalmiddel: cacao
    Taal: Nahuatl
  • 980

    Tolteken naar de Yucatán

    In 980 installeren de Tolteken zich na vele omzwervingen in Yucatán en mengen zich met de Mayabeschaving
  • Period: 1021 to 1532

    Inca's

    -Ecuador, Chile, Perú, Bolivia, Argentina
    -Bevolking: +/- 10 miljoen inwoners
    -Leider: Sapa Inca
    -Taal: Quechua
    -Machu Picchu (1450-1572)
    -Beroepssoldaten
    -Gegroepeerd in community's (ayllú)
    -Het klassenverschil was te zien aan de kwaliteit van en de decoraties op de stof
    -werkethiek en hoge levensstandaard
    -polytheïsme
    -Quipu: om boodschappen te vertellen en rekenen
    -polygamie
    -Ze hadden geen muntsoort, alles was onderling verdeeld, er bestond geen privébezit
    -zonnekalender met 12 maanden
  • Period: 1021 to 1438

    Vroege incaperiode

    Vanuit het centrum Cuzco breidden de Inca’s hun rijk uit door via geweld of diplomatie buursteden en -staatjes te veroveren.
  • 1325

    Azteken naar Tenochtitlán

    Azteken naar Tenochtitlán
  • Period: 1438 to 1532

    Late Inca- of keizerrijkperiode

  • 1492

    Colombus eerste reis naar Amerika

    Colombus eerste reis naar Amerika
  • Period: 1492 to

    Koloniale periode

    -Columbus arriveert in 1492 op Guanahaní (San Salvador) met la Pinta, la Niña en la Santa María
    -Amerika vernoemd Amerigo Vespucci
    -Consejo de Indias
    -División politíco administrativa: 4 Virreinatos
    -stedelijke cultuur
    -Encomiendas en Haciendas
    -Hiërarchische samenleving (castas) op basis van huidskleur
    -Landbouw, mijnbouw en handel waren de hoofdbezigheden. 
    -driehoekshandel
    -75% van al het zilver ter wereld. 
  • 1494

    Tratado de Tordesillas

    De katholieke koningen verzochten Paus Alexander VI om officiële erkenning van de Castiliaanse aanspraken op de Nieuwe Wereld. Zij kregen die goedkeuring: al het land, 370 mijl, 480 kilometer, ten westen van Kaap Verdië zou hen toekomen. De Portugezen drongen aan op een nieuw verdrag: Het verdrag van Tordesillas, hierbij kregen zij een aanzienlijk groter deel dan voorheen maar nog steeds minder dan Spanje.
  • 1511

    Hernán Cortés verovert Cuba

    Hernán Cortés verovert Cuba
    De komst van Cortés viel tegelijk met de beloofde terugkeer van Quetzalcoatl. Hierdoor waren de Azteken overrompeld wat de verovering ten goede kwam. Moctezuma (azteka's koning) verwelkomde de Spanjaarden dan ook met open armen.
    La Malinche was een Azteekse slaaf bij de mayas. Ze werd van de mayas genomen als tolk en werd minnares van Cortés.
  • 1532

    Pizarro neem Atahualpa gevangen

    Pizarro neem Atahualpa gevangen
    In 1532 ontmoetten Pizarro en Atahualpa elkaar in de stad Cajamarca. .
  • 1572

    Incarijk in handen van de kolonisten

    Incarijk in handen van de kolonisten
    Pas in 1572 kwam het Incarijk in handen van de kolonisten toen zij de laatste Sapa Inca Tupac Amaru, ombrachten
  • Period: to

    Onafhankelijkheid-tijd

    -verlicht despotisme
    -Kastenmaatschappij (pigmentocracia)
    -criollos grootste sociale klasse en Europa georiënteerd
    -onder de criollos bestond onvrede (ze noemen zich americanos)
    -Frictie tussen criollos en caudillos
    -Onder caudillismo was aandacht voor de grondstoffen maar het werkte als de encomiendas; de winst werd verdeeld tussen de eigenaren => monoproductie.

    Oligarchie: winst ging naar de oligarchen en voor de arbeidersklasse was onmogelijk om zich te profiteren van deze nieuwe rijkdom.
  • Eerst land onafhankelijk: Haïti

    Eerst land onafhankelijk: Haïti
    Haïti was de rijkste kolonie. 40% van de suiker en 60% van de koffie getransporteerd naar Europa was afkomstig uit Haïti. 
    40.000 slaven werden per jaar getransporteerd. 90% van de Haïtiaanse bevolking was Afrikaanse slaaf.
    In 1794 Fransen met Engeland en Spanje
    De slaven kwamen in opstand (inspiratie uit de Franse Revolutie).
    Na de onafhankelijkheid was de economie in Haïti verwoest, er was hongersnood. Het leger was dan ook het enige dat goed georganiseerd was. 
  • Spaanse Onafhakelijkheidsoorlog (1808-1814)

    Deze zes jaar durende oorlog  tegen Frankrijk bood een groot deel van Spanjes Amerikaanse koloniën de kans zich niet veel later onafhankelijk te maken. Van heel Latijns-Amerika bleven alleen Cuba en Puerto Rico nog onder Spaans gezag.
    Criollos zagen in de rebellie tegen José I (broer van Napoleon) hun kans op hervormingen en afstand van de Spaanse kroon te doen.
  • Tratado de Guadalupe

    Tratado de Guadalupe
    Het Tratado de Guadalupe (1848) betekende het verlies van een derde van het Mexicaans grondgebied aan de VS en verklaart waarom de begrenzende staten Spaanse namen dragen.  
  • Brazilie het laatste land waar slavernij werd afgeschaft

    In 1821 de onafhankelijkheid van Brazilië zorgde voor een vreemde situatie: temidden van alle nieuwe republieken in Zuid Amerika werd Brazilië een keizerrijk. Hier werd weinig bloed vergoten, de hierarchie voortkomend uit de plantages bleef zo goed als behouden, om deze reden was Brazilie het laatste land waar slavernij werd afgeschaft in 1888.
  • Period: to

    Post-koloniale periode

    -afhankelijk van de Verenigde Staten en Europa
    -monocultuur
  • Laatste land wordt onafhankelijk: Cuba

    De Spaans-Amerikaanse Oorlog vond in 1898 plaats tussen Spanje en de Verenigde Staten. De Verenigde Staten steunden de Cubaanse opstandelingen tegen de Spaanse kolonisator en grepen de ontploffing van het Amerikaanse slagschip USS Maine in de haven van Havana aan om militair tussen te komen. In 1902 werd Cuba onafhankelijk
  • Mexicanse revolutie

  • Economische crisis VS (1929-1933)

    -Door monocultuur was ZA afhankelijk van de landen die die producten kopen
    Met de crisis in VS kelderden de prijzen van koffie, wol, katoen, tabak, suiker. Het ergst werden de landen getroffen die van koffie en suiker afhankelijk waren zoals Brazilië, Cuba, El Salvador en Colombia
    -De economie kwam onder zware druk te staan, de mensen gingen meer extremistisch denken en de ene na de andere democratische of semidemocratische regering verdween om plaats te maken voor een militaire dictatuur
  • Period: to

    Militaire dictaturen

    Redenen voor inmenging van de VS in Latijns Amerika waren angst voor communistische overname, petroleumreserves waar zij niet langer toegang tot zouden krijgen en de handel. Later gaf ook de strijd tegen drugs hier reden toe. De Amerikaanse overheid ervoer 'een dreiging van het communisme' vanuit Zuid-Amerika en steunde achter de schermen militaire bewinden.
    Diverse dictaturen o.a:
    Paraguay 1954-89
    Uruguay 1972-76
    Chile 1973-89
    Argentina 1976-81
    Guatemala 1982-83
    Bolivia 1966-69, 71-78, 97-01
  • Period: to

    Linkse regeringen

    Met de de Cubaanse Revolutie in 1959, de Sandinistische Revolutie in Nicaragua in 1978 en Salvador Allende als eerste democratisch gekozen socialistische president in 1970 zag de VS zich genoodzaakt in actie te komen tegen deze linkse, revolutionaire golf (commerciële blokkade, zware diplomatieke druk of steun staatsgreep). 
    Chili: In 1970 won Salvador Allende. In 1973 pleegt generaal Augusto Pinochet (met hulp van VS)
  • Plan Cóndor

    Plan Cóndor
    Plan Condor, een anticommunistische militair akkoord met steun van militaire regimes uit Argentinie, Brazilie, Bolivia, Chile, Uruguay en Paraguay. De leden die sporadisch deelnamen zijn; Perú, Colombia, Venezuela, Ecuador.
    Hiervoor waren verdwijningen, martelingen en moorden op duizenden inwoners niet ongewoon. Politie en militairen ontvingen training vanuit la Escuela de las Américas, geleid door de CIA.
  • Crisis de los balseros

    Vluchtten 125.000 cubanen naar de VS door onvrede met het regime van Castro en een van de daarbij horende gevolgen; voedseltekort
  • Period: to

    Economische crisis

    In de jaren ’80 raakten de meeste landen in een diepe economische crisis. Landen konden hun schulden niet meer afbetalen, wat tot hyperinflatie leidde. De militaire regimes konden zich niet langer handhaven en het grootste deel van Zuid-Amerika kreeg een democratisch bewind
  • Plan de Paz para Centroamérica

    Costa Rica, El Salvador, Guatemala, Nicaragua y Honduras werkten samen in het Plan de Paz para Centroamérica van 1987 om halt toe te roepen aan de verschillende guerillabewegingen die ontstonden uit onvrede met de dictatoriale regimes
    Vakbonden, studenten, communisten, indígenas tegen de dictaturen
  • Marea rosa (1996-2015)

    Marea rosa (1996-2015)
    Tegen het eind van de 20e eeuw en het begin van de 21e eeuw raakten veel Latijns-Amerikanen gedesillusioneerd met het neoliberale economische systeem, en werden er in veel landen linkse kandidaten tot president gekozen. Zo valt er te spreken van The Pink Tide. (La Marea Rosa). Anti-emperialistisch, veelal pro-indiaans en met veel aandacht voor duurzame landbouwontwikkelingen.
  • Period: to

    Marea rosa

    Tegen het eind van de 20e eeuw en het begin van de 21e eeuw raakten veel Latijns-Amerikanen gedesillusioneerd met het neoliberale economische systeem, en werden er in veel landen linkse kandidaten tot president gekozen. Zo valt er te spreken van The Pink Tide. (La Marea Rosa). Anti-emperialistisch, veelal pro-indiaans en met veel aandacht voor duurzame landbouwontwikkelingen.
  • Period: to

    Conservatieve politieke golf

    De Latijns Amerikaanse politiek wordt langzaam weer meer rechts georienteerd nadat men inziet dat communistische/socialistische regeringen de inwoners niet kunnen bieden wat zij beloven; zie Cuba en Venezuela.
    Dat zien we in Argentine met Mauricio Macri, Chile met Sebastian Piñera en Manuel Santos in Colombia.